zaterdag 17 januari 2015

Gedicht: Voorlente

Voorlente

Ja, de lucht is blauw.
Na lange dagen regen
en wind verschijnt de zon
kleurt gras weer groen en schept
onder bruggen glanspatronen.
Maakt kale takken mooi.
Ik zie het ook en warm
verstijfde ledematen.

Maar het wist niet uit
de woorden over het klimaat,
uitgestorven soorten
nieuwe ziekten, diepzeevuil.
Ze staren zwart op wit
me aan. Beschuldigend.
Het is niet ongedaan
te maken, dit verlies.

Er bloeien inderdaad al
bloemen. Speenkruid, krokus
laten mij niet onberoerd.
Ik kan heus genieten
van wat is. Maar wat was
komt niet terug. Verdriet
is ook reëel. De winter
is nog niet voorbij.

dinsdag 13 januari 2015

Gedicht: Vijfde colonne

Vijfde colonne

Je hebt je goed verstopt,
doet je voor als deel van mij
niet te onderscheiden
van mijn gedachten. Je lijkt
te slapen. Zo stil lig je
dat ik je haast vergeet.

Mijn aandacht raakt verslapt.
Het leven zonder jou
is zwaar genoeg. Ik moet vechten
om overeind te blijven
elke dag. En mijn hart
blijft onverdedigd achter.

Dan komt er een signaal
onwetend uitgesproken
door mijn vrienden. Een plek
die me aan jou doet denken.
Het voldoet. Je activeert
je wapens en valt aan.

Zenuwcentra vallen
onder jouw terreur. Mijn maag
is tot een klomp bevroren.
Je propaganda klinkt
vertrouwd. Ik raak door jou
tegen mezelf gekeerd.

Na slapeloze nachten
keert het tij. De strijd
opnieuw door mij beslecht.
Maar je bent niet weg.
Je hebt je teruggetrokken
tot ik me weer veilig waan.

zondag 4 januari 2015

Filmbespreking: V for Vendetta

Toen ik gisteren mijn op een na jongste broer aan de lijn had, vertelde die me over iets dat hij in het nieuws had gelezen. Hij zei eerst dat hij had gelezen dat er in de wet zou worden opgenomen dat kinderen voor hun ouders op leeftijd zouden moeten zorgen. En daarvan vroegen we ons al of of kinderen dat wel met zoveel enthousiasme zouden doen als het niet vrijwillig was. Maar helemaal raar was dat omdat laatst weer iemand was aangetroffen die drie jaar dood in zijn huis had gelegen, er een regel zou komen dat buurtbewoners minstens een keer per jaar bij elkaar op bezoek zouden moeten. Maar verplichtingen werken vriendschap en echte relatie heus niet in de hand, en zijn dus geen oplossing tegen eenzaamheid. Als ik verplicht bij mijn buren op de koffie zou moeten, zouden het nooit vrienden van me worden. Toch denken we dat wetten overal het antwoord op zijn. Ikzelf was enkele weken geleden al van streek door het nieuws van de positieflijsten voor huisdieren. De positieflijst voor zoogdieren was namelijk aangenomen, en er zouden ook lijsten komen voor vogels, en reptielen. En waarschijnlijk ook voor amfibieen en vissen. Een lijst die precies zou aangeven welke soorten ik als aquariumliefhebber zou mogen houden. De hobby zou erdoor veel van zijn glans verliezen. Het zou net zo zijn alsof er een lijst zou komen met de honderd boeken die een mens zou mogen lezen. En ook hier: het probleem, namelijk dat sommige mensen niet respectvol met huisdieren omgaan, wordt door de regels niet opgelost. Het enige wat er gebeurt is dat de vrijheid wordt ingeperkt.
Verder las ik gisteren een essay via SF-site io9, dat uiteenzette hoe kort de gelijke rechten van vrouwen in onze samenleving nog maar gelden. Rond het begin van de vorige eeuw hadden vrouwen nog niet eens stemrecht! Het was tot kort geleden gebruikelijk dat vrouwen hun baan opzegden als ze trouwden. En nu zien we de gelijke rechten als vanzelfsprekend. Maar een blik op de geschiedenis leerde, volgens het essay, dat vrouwen hun rechten ook makkelijk weer konden kwijtraken. De toekomst zag er dus voor vrouwen helemaal niet zo rooskleurig uit. Een beangstigend visioen. En voor andere groepen is de situatie nog schrijnender. Er zijn groepen die nog veel korter een gelijkwaardige positie hebben in de samenleving, of nog niet eens zo ver zijn. Zoals bijvoorbeeld mensen met een homoseksuele geaardheid. Het is nog niet zo lang dat zij met elkaar mogen trouwen. En er zijn nog steeds plekken (sommige scholen) waar ze niet worden aangenomen. In de samenleving zien we ook nog steeds uitingen van homofobie. En voor andere geaardheden of transgenders is de mate van uitsluiting nog groter. Mensen die zich als aseksueel identificeren worden bijvoorbeeld nog steeds als ‘minder menselijk’ gezien, blijkt uit onderzoek. En hoe zit het met geloofsminderheden, zoals moslims? Wilders verwoordt helaas het onderbuikgevoel van heel wat Nederlanders. Al deze mensen, kunnen niet als vrouwen, hun rechten zo weer kwijt raken (of nooit verkrijgen). Hoe makkelijk dat gaat, hebben we in de jaren dertig en veertig van de vorige eeuw al gezien in Duitsland. Het enige wat nodig is, is een situatie van onvrede en angst, en een leider die belooft daar een antwoord op te geven. En aangezien we wezens zijn die ons zelfbehoud op de eerste plek hebben staan, ruilen we dan onze verworven vrijheden (en die van onze medemens) graag om voor bestaanszekerheid.
Aan deze dingen moest ik denken bij het kijken van de film V for Vendetta op nieuwjaarsdag, onze traditionele ‘badjasdag’. Deze vrij grimmige SF-film schetst een totalitaire samenleving in Engeland, die is ontstaan na een aanslag met een kunstmatig virus, waarbij 100.000 mensen zijn omgekomen. De partij ‘Norsefire’ kwam toen aan de macht, en begon met het systematisch oppakken en doden van moslims, andersgeaarden, en minder aangepasten. Ook kunst en boeken die niet ‘door de beugel konden’ werden verboden. En de vertegenwoordigers van het bewind roepen steeds uit dat het volk hen nodig heeft. De mensen die zich tot deze partij keerden omdat ze bang en onzeker waren, worden nu door de regering bang en onzeker gehouden. Retoriek wordt over hen uitgespoeld via de media, met beelden van een burgeroorlog in de Verenigde Staten. En via de kerk: want als God aan de kant staat van de regering, wie durft dan tegen te zijn? Instituten zoals de kerk gebruiken -zo betoogt de film- deze technieken van angst en onzekerheid zaaien toch al eeuwen lang om mensen klein te houden.

In dit door angst verteerde land verschijnt een vrijheidsstrijder die praat in allitererende volzinnen, en zich tooit met een Guy Fawkes-masker. Als een combinatie van Zorro en de graaf van Montecristo zet hij zich vanuit zijn ondergrondse uitvalsbasis in om de regering omver te werpen. Deze man, alleen bekend als ‘codenaam V’ meent dat het niet de mensen zijn die bang zouden moeten zijn voor hun regering. Het is de regering die bang moet zijn voor haar mensen. Want de regering heeft niet de vrijheid van de mensen afgenomen, het zijn de mensen die hun vrijheid hebben afgestaan. En het zijn dezelfde mensen die hun vrijheid weer kunnen nemen. Ze kunnen het mandaat dat ze (zij het stilzwijgend) hebben verleend aan hun regering, uit angst voor hun eigen veiligheid, weer intrekken. Als de hele bevolking dat doet, heeft de regering geen been meer om op te staan, en moet wel vertrekken. Als alle Duitsers in de tweede wereldoorlog hadden geweigerd nog naar Hitler of de SS te luisteren, was de Nazi-regering niet zo’n lang leven beschoren geweest. Ja, er zouden doden bij zijn gevallen. Misschien wel duizenden, of tienduizenden, voor de machtswisseling werkelijkheid zou zijn geworden. Maar dat zou hebben opgewogen tegen de miljoenen doden die nu zijn gevallen, met hun impliciete goedkeuring. Daarom dat het zo steekt dat er Duitsers na de oorlog zeiden: ‘Wir haben es nicht gewusst’. Het klinkt te makkelijk.
En is het zo onwaarschijnlijk? In Denemarken besloot de koning (en met hem het volk) om een Davidsster te gaan dragen, en zo werden de Deense Joden beschermd. Dit vraagt echter wel moed. De moed om je vrijheid te claimen, de vrijheid die jouw deel is als mens, ook als je daarmee het doelwit wordt van de regering, op dat moment je vijand. Het vereist de moed om jouw waarde als individu, en de waarde van je medemens, hoezeer hij ook van je verschilt, als individu, belangrijker te vinden dan je leven. Om niet te zwijgen als een zigeuner, een homo of een Jood - net zozeer een mens als jij - wordt afgevoerd, maar je eigen leven voor ze in de waagschaal te stellen. Anders gezegd: het vereist liefde. Dit is ware liefde: je medemens, in al zijn uniciteit, te zien als respect waardig, waard om voor te strijden. Waard om je eigen leven en vrijheid voor op te offeren. Liefde die makkelijk is, is niet anders dan affectie. Die voelen we vooral voor mensen die op ons lijken en die tot onze groep behoren. Maar werkelijke liefde, opofferende liefde, komt ons niet aanwaaien, die vraagt moed. En die liefde brengt vrijheid voort. Niet alleen vrijheid voor degene voor wie je je opoffert, maar -interessant genoeg- ook en misschien wel vooral vrijheid voor jezelf. Want, de bijbel zegt het al dat wij allen ‘uit angst voor de dood ons hele leven aan slavernij onderworpen’ zijn (Hebreeen 2:15). Onze angst is een valstrik. We zijn pas echt vrij als we niet door angst worden gedreven (angst om onszelf), maar door liefde (voor waarheid, voor schoonheid, voor andere mensen, dus: voor iets buiten onszelf). Volmaakte liefde sluit angst uit, aldus 1 Johannes 4:18. Als we iets hebben gevonden dat het waard is om voor te sterven, zijn we dus vrij om te kunnen leven. Niet voor niets was Jezus de meest vrije persoon op Aarde. ‘Niemand neemt mijn even, ik geef het zelf Ik ben vrij om het te geven en om het weer terug te nemen’ (Johannes 10:18). Hoe komt hij zo vrij? Omdat hij de goede herder is, die van zijn schapen houdt. ’Een goede herder geeft zijn leven voor de schapen’ (vers 11). Een huurling (die het alleen om de winst gaat, dus zijn eigen belang) laat de schapen in de steek en vlucht zodra hij een wolf ziet.
Voor ons geldt hetzelfde. Vrijheid komt tot stand door liefde. Dwang kan het niet tot stand brengen, en intellectuele argumenten evenmin. Het kan alleen gebeuren door liefde. ‘Wij hebben lief , omdat God ons het eerst heeft liefgehad’ (1 Johannes 4:19).

Deze film illustreert dat principe in het karakter van Evey, een meisje die in contact komt met vrijheidsstrijder V. Evey heeft jaren in angst geleefd. Voortdurend. Ze wilde dat het niet zo was, maar het is de realiteit. Ze durft dan ook niet mee te strijden met V voor de vrijheid van Engeland. Maar waar ze zo bang voor was, gebeurt toch. Ze wordt gevangengenomen door de regering en gemarteld, zodat ze zal vertellen wat ze weet over V. In haar kale cel vindt Evey een briefje, achtergelaten door een eerder slachtoffer van het regime: actrice Valerie, die verliefd werd op een andere actrice. Ze had al afwijzing ervaren van haar ouders, toen ze uit de kast wilde komen, en vervolgens wordt ze opgepakt door troepen van de regering. In de gevangenis wordt ze gebruikt voor verschrikkelijke experimenten. Toch verliest ze haar liefde niet. Op haar laatste velletje papier, het laatste dat ze achterlaat voor ze overlijdt, schrijft ze: ‘But what I hope most of all is that you understand what I mean when I tell you that, even though I do not know you, and even though I may never meet you, laugh with you, cry with you, or kiss you, I love you. With all my heart, I love you.’ Deze woorden drinkt Evey in, en als het ultieme moment daar is en ze voor de keuze wordt gesteld: V verraden of voor het vuurpeloton (mooi allitererend niet?), kies ze voor de dood. Ze is namelijk niet meer bang. V zegt het zo: ‘They put you in a cell and took everything they could take except your life. And you believed that was all there was, didn't you? The only thing you had left was your life, but it wasn't, was it? You found something else. In that cell you found something that mattered more to you than life. It was when they threatened to kill you unless you gave them what they wanted... you told them you'd rather die. You faced your death, Evey. You were calm. You were still.’ Het is wat Jezus heeft gezegd: ‘Wie zijn leven wil behouden, zal het verliezen, maar wie zijn leven verliest omwille van mij, zal het behouden’ (Matteus 16:25, en vele andere plaatsen). Omdat ze bereid was haar leven te verliezen omwille van van V, is ze niet meer bang. En nu kan ze de wereld aan. Als in een wonder kan ze de cel verlaten. Ze treedt naar buiten en tilt haar handen op in de regen. En ze herhaalt de woorden uit het briefde van Valerie uit haar cel: ‘God is in the rain’. Evey heeft zich overgegeven aan de liefde, en daarmee aan de Liefde met hoofdletter ‘L’, en dat maakt haar vrij.
Wat Evey doorstond in de cel leek op wat V jaren eerder zelf doormaakte. Want ook hij was gevangen. En ook hij las eigenlijk hetzelfde briefje, met dezelfde boodschap. En ook hij kwam vrij. De scene waarin zijn ontsnapping getoond wordt, valt samen met de ontsnapping van Evey. En waar zij haar handen opsteekt en de regen ontvangt (een shot toont haar van bovenaf, als het ware uit het perspectief van God) en zich daaraan overgeeft, staat V midden in de vlammen, wordt hij door vuur verteert, en slaat hij een angstaanjagende kreet uit. En het blijkt dat V helemaal niet wordt gedreven door liefde. Zijn inspanningen om Engeland te bevrijden, zelfs om kunstschatten te bewaren, komen niet voort uit liefde voor de werkelijkheid buiten hemzelf, maar uit het verlangen de machthebbers te treffen, hen te straffen voor wat ze hem hebben aangedaan. Hij wil hen lik op stuk geven, want alleen dat zou volgens hem rechtvaardigheid zijn. Hij wordt gedreven door haat. ‘What was done to me was monstrous’, verklaart hij. Maar Evey heeft door wat er gebeurd is: ‘And they created a monster.’
Waar Evey in staat blijkt degenen die haar gevangen namen te vergeven, of althans, hen niet te haten, heeft V zijn verleden nooit achter zich gelaten. Hij wordt erdoor gedreven. Hij is niet vrij. Het lukt Evey haar kwellers met compassie in de ogen te kijken, V lijkt ervan te genieten ze te zien lijden. En dat maakt hem eigenlijk niet echt geschikt om een rol te spelen als bevrijder van Engeland.
En uiteindelijk ziet V dat zelf ook in. Hij geeft het toe aan Evey dat hij fout zat. En hij geeft zelf zijn campagne tegen de ‘Norsefire’-regering op. Hij is niet vrij om de goede beslissing te maken, zijn haat maakt hem blind voor wat goed en liefdevol is. Daarom laat hij de keuze over aan iemand anders. Aan iemand die wel de liefde kent. Die niet onvrij is door haat, maar die ergens zo om geeft dat ze zichzelf daarvoor over heeft. Het lijkt mij dat op dat moment duidelijk komt waarom Evey een naam heeft die zo op ‘Eva’ lijkt. In haar vrijheid (tot stand gekomen door liefde, door de dood heen), is ze in zichzelf een nieuw begin. Met haar begint een nieuwe werkelijkheid. Het oude is voorbijgegaan, het is alles nieuw geworden. De film eindigt dan ook met haar, en een ander, mannelijk karakter, samen afscheid nemend van de oude, door haat gedreven werkelijkheid, en kijkend naar een nieuw begin.
In de menigte mensen die wordt getoond aan het slot, zien we ook de karakters tegen die eerder in de film om het leven waren gekomen, onder andere Valerie. Voor mij een krachtig beeld van de nieuwe werkelijkheid die komt, die tot stand is gekomen door de opoffering van Jezus, gedreven door liefde. Liefde zorgt dat de dood nieuw leven voortbrengt. Een werkelijkheid waarin gerechtigheid heerst. Waarin iedereen vrij is. Jezus is een mens geworden zoals wij ‘ om door zijn dood definitief af te rekenen met de heerser over de dood, de duivel, en zo allen te bevrijden die slaaf waren va hun levenslange angst voor de dood’ (Hebreeen 3:14,15).
Er valt over deze film nog veel meer te zeggen. Bijvoorbeeld over het karakter van inspecteur Finch, die deel is van het partijsysteem, maar voor wie het nog belangrijker is de waarheid te kennen. Hij illustreert een ander, belangrijk principe, namelijk wat de bijbel ook zegt: ‘De waarheid zal u vrijmaken’ (Johannes 8:32). Wie liefde heeft voor de waarheid, boven de leugen, is op reis naar de vrijheid. En ook dat leidt tot een nieuw begin.

V for Vendetta is een van mijn favoriete films. Dat zal niemand verrassen wie weet dat ik een boek heb geschreven met als titel: Indrukwekkende Vrijheid (warm aanbevolen, overigens). Het verhaal zit sterk in elkaar, met heel goede dialogen en een reeks fantastische acteurs. Vooral de prestatie van Hugo Weaving als de titelheld is prijzenswaardig, aangezien hij nooit zijn gezicht kan gebruiken. Ook was het leuk een acteur uit de serie Sherlock te herkennen. Er zit wat behoorlijk heftig geweld in de film, wat een sterke maag geen overbodige luxe maakt. Nog moeilijker kan voor sommige kijkers het gedrag van ‘V’ zijn, die wel heel drastische methoden gebruikt om anderen vrij te maken. De in de film geschetste wereld lijkt niet heel waarschijnlijk - in het Thatcher-tijdperk waarin de oorspronkelijke strip werd getekend was het misschien anders, maar zoals ik in het begin van dit stuk al zei: vrijheid is een fragiel ding. Voor je het weet is het van je afgenomen. En dan hebben we liefde nodig die moed vraagt. We kunnen er maar beter nu al mee beginnen daarmee te oefenen.
Voor wie erin geïnteresseerd is ten slotte: op mijn eerste blog, Tol Eressea, schreef ik al eerder een bespreking van deze film. Daarin haal ik best vaak G.K. Chesterton aan en zijn mijn gedachten over vrijheid die ik in Indrukwekkende Vrijheid uiteenzette al in embryonale vorm te lezen. Maar vooral illustreert deze bespreking hoeveel ik in mijn inzichten, vooral ten aanzien van mensen met een andere geaardheid dan ik, ben veranderd. Mijn overtuiging van toen was niet bepaald liefdevol Ik zou daarom nooit dezelfde dingen meer schrijven. Houd dat in gedachten als je deze link toch wilt volgen.

donderdag 1 januari 2015

Een rustig nieuw jaar

Een ding dat mij opvalt als ik eerdere nieuwjaarsberichten teruglees, is dat er in het er op volgende jaar niet gebeurt wat ik verwacht of hoop dat er gaat gebeuren. Ongeveer de helft van mijn wensen of voorspellingen komt helemaal niet uit. Maar toch zie ik als ik terugkijk heel veel positieve dingen. Juist waar ze onverwacht waren, en me als uit het niets verrasten. Zin en nut van zo'n jaarlijks terug- en vooruitkijkmoment zijn dus discutabel. Behalve als de betekenis ervan is me te doordringen van mijn kleinheid, en mijn onvermogen mijn eigen leven te kunnen voorspellen. En een dankbare houding te stimuleren voor wat God of het universum op mijn pad brengen. En ten slotte te realiseren dat ook als tijd en toeval me met moeilijkheden treffen, dat het waarderen van schoonheid, waarheid en intimiteit niet in de weg hoeft te staan. De combinatie van hoop en futiliteit in de nieuwjaarsberichten op mijn blog doet me denken aan het bijbelboek Prediker (niet voor niets bevatten de voorgaande regels daarnaar een allusie). Er is tenslotte niets nieuws onder de zon. Het bestaan was toen ook al leeg en vluchtig en je zwoegt en zwoegt. Maar de Prediker zegt daarbij: "Geniet van het leven met de vrouw die je bemint. Geniet op alle dagen van je leven, die God je heeft gegeven ... Het is het loon dat God je heeft gegeven" (9:9,10). En ondertussen doen wat je hand vindt om te doen, en voor zover mogelijk goed voor jezelf zorgen.
Het afgelopen jaar leek vrolijker te beginnen. De tekst die de Heer me gaf, was: 'Zij die op God vertrouwen, krijgen nieuwe kracht en stijgen op als op vleugelen van de arend' (In de NBV: 'Wie hoopt op de HEER krijgt nieuwe kracht: hij slaat zijn vleugels uit als een adelaar' (Jes40:31)). Misschien wilde God zeggen dat mijn inspanningen nu beloond zouden worden. Inderdaad kreeg ik te horen dat een uitgever interesse had in mijn manuscript 'Wat als God je verhaal vertelt?', en begon ik met Bianca plannen te smeden om een dag minder te gaan werken. Maar de tekst betekent natuurlijk ook dat God kracht geeft in moeilijke omstandigheden. En het jaar bevatte inderdaad de nodige moeilijke momenten. Mijn gezondheid was bijvoorbeeld niet heel erg best. Ten eerste door een zweepslag in mijn kuit in januari. Vervolgens een gekneusde rib in april, en darmproblemen in het najaar. Ik ben nooit eerder zo vaak bij de huisarts geweest. Daarnaast (of daardoor) kreeg ik opnieuw te maken met slaapproblemen en stressklachten. Eczeem bleef een probleem en mijn gewicht nam  weer toe. Ingesleten patronen van verplichting en schuldgevoel joegen me weer op tot over mijn grenzen. Ik wilde zelfs met een gekneusde of gebroken rib de volgende dag weer in beweging komen. Mezelf stil zetten was er niet bij, behalve toen dat me in de zomer werd opgedrongen vanwege de ziekte van mijn vrouw. Dit bleken de zwaarste twee maanden van mijn leven tot nu toe. Dat ik ze kon doorstaan, was een goede les. Zoveel kracht heb ik dus in me. Het hielp me zelfs problemen op mijn werk te relativeren en te overwinnen, zelfs als er op het laatste moment een bijlage voor het TvD moest worden gemaakt. Maar tegelijk maakten deze problemen de noodzaak glashelder om mijn eigen grenzen en mijn gezondheid te bewaken, en reserves op te bouwen. Gelukkig bleek ook mijn huwelijk met Bianca bestand tegen tegenslag. Toen de ergste problemen voorbij waren, ontdekten we zelfs dat we dichter bij elkaar waren gekomen, en meer onderling vertrouwen hadden gekregen. Wel hadden we een paar fantasyfestivals gemist. Die schade moeten we volgend jaar maar weer inhalen!
Onder andere door de tumultueuze zomermaanden gingen de meeste van mijn voorgenomen schrijfprojecten niet door. Ik ben aan geen van de boeken begonnen waar ik het een jaar geleden over had. Zelfs Wat als God je verhaal vertelt? heb ik wel een keer herschreven, maar aan de tweede redactieronde ben ik nog niet begonnen. Het plan om een dag korter te gaan werken, is ook op de lange baan gezet. Er is zelfs geen zeeaquarium bijgekomen.
Maar wel een bak voor een muskusschildpad. Sinds half december hebben we er een nieuw huisdier bij. Sammie heet hij, en hij is nog erg klein. Maar wel heel actief, en hongerig. Kijk maar naar de foto! Zijn aquarium staat naast mijn bureau en is heel inspirerend om naar te kijken terwijl ik aan het schrijven ben. Want afgelopen jaar heb ik op dat gebied toch niet echt stil gezeten. Ik heb 6 korte verhalen geschreven, 12 filmbesprekingen en 31 gedichten. Ook heb ik op Goodreads 63 recensies van boeken geschreven. Want dit jaar las ik in totaal 65 boeken. Onder andere minder bekende werken van Victor Hugo, David Copperfield en Nicholas Nickleby van Charles Dickens, Autobiography van Chesterton, A Prayer for Owen Meany van John Iriving, en een keur van SF en fantasyboeken, waaronder de Harry Potter-boeken en China Mieville. Ook laafde ik mij aan enkele interessante populaire wetenschapsboeken over het ontstaan van het leven, chaostheorie en deeltjesfysica. Goede momenten om op terug te blikken waren daarnaast onze 'confirmation' in de Anglicaanse kerk, twee geweldige fantasyfestivals, goede films (we hebben eindelijk onze Pathepas), het kijken van Star Trek Voyager, en een lang weekeinde Londen met mijn broer Marten (waarbij we onder andere botten zochten aan de oever van de Thames). En nog heel veel dat ik nu waarschijnlijk even vergeet.

Voor volgend jaar wil ik mijn plannen bescheiden houden. Ik ken mezelf ondertussen genoeg om te weten dat ik heus niet stil ga zitten, maar ik probeer mezelf zo weinig mogelijk op te leggen. Er zijn natuurlijk zaken die gewoon moeten. Zo moet dit jaar echt iets gebeuren aan de badkamer. Dat zal wel voor wat stress zorgen. Daarnaast hoop ik in het voorjaar Wat als God je verhaal vertelt nog een keer door te werken - al was het alleen al om de boodschap nog eens op mezelf te laten inwerken. Daarnaast wil ik kijken of ik mijn korte verhalen, die tot nu toe alleen enkele vrienden van mij te lezen krijgen, een breder publiek kan bezorgen. Ik heb voor het eerst een verhaal opgestuurd voor een verhalenwedstrijd, en ga zoeken naar meer mogelijkheden om mijn verhalen te publiceren (in SF-tijdschriften bijvoorbeeld). Vandaag voor het ontbijt had ik weer een idee voor een nieuw verhaal, dus er zullen er ook weer een paar worden geschreven. Komende zomer wil ik dan voor het eerst gaan experimenteren met 'publishing on demand'. Ik wil dan namelijk een selectie maken van mijn gedichten en die bundelen. Verder blijf ik natuurlijk af en toe een filmbespreking schrijven voor mijn blog en houd ik mijn gelezen boeken bij op Goodreads (voor dit jaar wil ik de boeken van Robin Hobb gaan herlezen, en staan ook weer een paar klassiekers op mijn lijstje).
We willen weer naar fantasyfestivals, stripbeurzen, boekenbeurzen, musea en dierentuinen. De achterwand voor een nieuw aquarium staat bij mijn broer in bestelling. Ik hoop veel te genieten van onze muskusschildpad. Maar ik ga bijvoorbeeld minder vaak afspreken met vrienden en kennissen (niet meer dan een afspraak per week), en hoop ook op andere manieren mijn innerlijke slavendrijver af te remmen. Werken tijdens kantooruren is genoeg, daarnaast hoef ik me niet uit te putten. In de rust die daardoor ontstaat wil ik me laten verrassen. Verrassen door al die onverwachte dingen die het leven op mijn pad brengt, goed dan wel moeilijk, en zien wat er onder invloed van zon en regen uit de aarde van mijn hart gaat opgroeien.