dinsdag 23 december 2014

Gedicht: Oogst

Oogst

Het koren groeit het best
op grond met rust gelaten
na het zaaien. Bewaterd
uit de hemel. Door de wind
gestreeld. Niet steeds bewerkt
uit ongeduld en met argwaan
bekeken. Geschoffeld
voor de aren rijp zijn.

Of het blijkt spichtig, bleek
en vruchteloos. Voor niets goed
dan om een hut te bouwen,
een huis dat in het vuur
verdwijnt. De oogst verschijnt
als uit zichzelf. Een wonder,
goud gekleurd en ruisend,
voor wie het wil ontvangen.